In 1996 richtte dirigent Pieter Jan Leusink The Bach Orchestra of the Netherlands op bestaande uit musici die gespecialiseerd zijn in barokmuziek uitvoeringspraktijk.
Tijdens de uitvoeringen wordt er, net zoals Bach deed, gebruik gemaakt van een barokorkest. De strijkinstrumenten zijn authentiek uit de baroktijd of kopieën van instrumenten uit deze periode van de muziekgeschiedenis. Ten opzichte van moderne instrumenten wijken ze af in stemming. Het totale orkest is een halve toon lager gestemd dan een modern orkest (A=415Hz). Tevens zorgt de gebruikmaking van darmsnaren voor een aparte klankkleur die als helder en mild kan worden gekenmerkt.
Darmsnaren zijn zeer gevoelig voor temperatuurswisselingen en hoge vochtigheidsgraad. Het stemmen van een barokorkest neemt daarom behoorlijk wat tijd in beslag.
Bach maakt in de Matthäus Passion gebruik van drie verschillende hobo’s: de barokhobo, Hobo d’amore en Hobo da Caccia. U hoort bijvoorbeeld in de tenor aria “Ich will bei meinem Jesum wachen” de lieflijke en milde klank van de Hobo d’amore. In de sopraan aria “Aus Liebe” hoort u de nasale klank van de Hobo’s da Caccia. In de beroemde bas aria “Komm, süsses Kreuz” wordt de instrumentale solo partij vertolkt door de Viola da Gamba.
Beluister de unieke klank van de authentieke instrumenten
“Ich will bei meinem Jesum wachen”
“Aus Liebe”
“Komm, süsses Kreuz”
Bekijk hier de complete solisten cast voor de Matthäus Passion uitvoeringen.